2 Koningen 5:11

SVMaar Naaman werd zeer toornig, en toog weg, en zeide: Zie, ik zeide bij mijzelven: Hij zal zekerlijk uitkomen, en staan, en den Naam des HEEREN, Zijns Gods, aanroepen, en zijn hand over de plaats strijken, en den melaatse ontledigen.
WLCוַיִּקְצֹ֥ף נַעֲמָ֖ן וַיֵּלַ֑ךְ וַיֹּאמֶר֩ הִנֵּ֨ה אָמַ֜רְתִּי אֵלַ֣י ׀ יֵצֵ֣א יָצֹ֗וא וְעָמַד֙ וְקָרָא֙ בְּשֵׁם־יְהוָ֣ה אֱלֹהָ֔יו וְהֵנִ֥יף יָדֹ֛ו אֶל־הַמָּקֹ֖ום וְאָסַ֥ף הַמְּצֹרָֽע׃
Trans.wayyiqəṣōf na‘ămān wayyēlaḵə wayyō’mer hinnēh ’āmarətî ’ēlay yēṣē’ yāṣwō’ wə‘āmaḏ wəqārā’ bəšēm-yəhwâ ’ĕlōhāyw wəhēnîf yāḏwō ’el-hammāqwōm wə’āsaf hamməṣōrā‘:

Algemeen

Zie ook: Hand (lichaamsdeel), Melaats, Naaman (de Syrier)

Aantekeningen

Maar Naaman werd zeer toornig, en toog weg, en zeide: Zie, ik zeide bij mijzelven: Hij zal zekerlijk uitkomen, en staan, en den Naam des HEEREN, Zijns Gods, aanroepen, en zijn hand over de plaats strijken, en den melaatse ontledigen.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יִּקְצֹ֥ף

werd zeer toornig

נַעֲמָ֖ן

Maar Naäman

וַ

-

יֵּלַ֑ךְ

-

וַ

-

יֹּאמֶר֩

en zeide

הִנֵּ֨ה

Zie

אָמַ֜רְתִּי

ik zeide

אֵלַ֣י׀

bij

יֵצֵ֣א

mij zelven: Hij zal zekerlijk

יָצ֗וֹא

uitkomen

וְ

-

עָמַד֙

en staan

וְ

-

קָרָא֙

aanroepen

בְּ

-

שֵׁם־

en den Naam

יְהוָ֣ה

des HEEREN

אֱלֹהָ֔יו

Zijns Gods

וְ

-

הֵנִ֥יף

strijken

יָד֛וֹ

en zijn hand

אֶל־

over

הַ

-

מָּק֖וֹם

de plaats

וְ

-

אָסַ֥ף

ontledigen

הַ

-

מְּצֹרָֽע

en den melaatse


Maar Naaman werd zeer toornig, en toog weg, en zeide: Zie, ik zeide bij mijzelven: Hij zal zekerlijk uitkomen, en staan, en den Naam des HEEREN, Zijns Gods, aanroepen, en zijn hand over de plaats strijken, en den melaatse ontledigen.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!